Chinese universiteiten hebben grote ambities binnen de internationale top van het hoger onderwijs. Welke kansen levert dat op voor onderzoekers van Leiden-Delft-Erasmus? Op 21 maart verwelkomde professor Geert de Snoo, decaan van de faculteit Wiskunde en Natuurwetenschappen van de Universiteit Leiden, universiteitsmedewerkers en academici van de Universiteit Leiden, de Technische Universiteit Delft en de Erasmus Universiteit Rotterdam op een symposium over samenwerking met Chinese universiteiten. Gastspreker was Morten Laugesen, directeur van het Sino-Danish Center, die uitleg gaf over het Deense model voor academische samenwerking met China.
De openingstoespraak door professor Carel Stolker, Rector Magnificus van de Universiteit Leiden, had een urgente boodschap: 'Universiteiten worden op vele manieren uitgedaagd. Ze moeten samenwerken met de samenleving en laten zien waar ze goed voor zijn, in plaats van alleen waar ze goed ín zijn. Tegelijkertijd neemt de internationale concurrentie binnen excellent onderzoek voortdurend toe. Daarom is het verstandig om onze krachten te bundelen en samen te werken als Leiden-Delft-Erasmus bij het vergroten van de internationale samenwerking. Voor alle drie universiteiten is China een belangrijk land en China investeert momenteel ook veel in internationalisering, zoals te lezen valt in het Chinese Double First Class Universities Plan. Dat betekent kansen om kennis en middelen te bundelen voor gezamenlijke projecten met China op manieren waarvan zowel Leiden-Delft-Erasmus als onze Chinese partners profiteren.'
Het Deense model: onderzoek, onderwijs, industrie
Gastpreker van deze bijeenkomst was dr. Morten Laugesen, directeur van het Sino-Danish Center. Hij vertelde over zijn ervaringen met het opbouwen en leiden van een samenwerkingsverband voor gedeeld onderzoek en onderwijs waarbij acht Deense universiteiten en de University of Chinese Academy of Sciences (UCAS) zijn betrokken. Het Deense model rust op drie pijlers: onderzoek, onderwijs en industrie. De vestiging van de Deense industriële organisatie 'Industriens Fond' in China (op de Yanqihu campus, Beijing) was een belangrijke factor in het benutten van de activiteiten van de Deense universiteiten. Een andere belangrijke succesfactor was politieke steun, bijvoorbeeld in de vorm van het bezoek van de Deense premier aan China. Deze betrokkenheid op het hoogste politieke niveau bleek ook uit de financieringsstructuur van de activiteiten in China. Het Deense ministerie van Onderwijs heeft 50% van het budget gefinancierd, het restant was afkomstig van de samenwerkende universiteiten. Dankzij deze financieringsstructuur en het succesvolle programma heeft een aantal universiteiten netto geprofiteerd. Als advies gaf dr. Laugesen de zaal mee: 'De weg van idee naar realisatie is lang en moeizaam en loopt altijd anders dan je had verwacht of gepland. Wees pragmatisch en blijf oplossingsgericht denken.'
Meer informatie over de samenwerking tussen de Deense universiteiten en China op: http://sdc.university/about/about-sdc
Expertise en middelen bundelen voor gezamenlijke projecten met China
De strategische alliantie Leiden-Delft-Erasmus heeft zowel gezamenlijke onderzoeks- en onderwijsprogramma’s opgeleverd als gezamenlijke publiek-private samenwerkingsverbanden. Gezien de overlap in investeringen in samenwerking met diverse Chinese topuniversiteiten en de complementaire aard van de expertise van de LDE-universiteiten wat betreft academische disciplines die voor China interessant zijn, zijn er kansen om de expertise en middelen van LDE te bundelen voor gezamenlijke projecten met China. De ontwikkeling van structurele samenwerking tussen LDE en China is gericht op het creëren van waarde voor zowel de Nederlandse als de Chinese kant.
Professor Rob Fastenau, voormalig decaan van de faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica (EWI) van de Technische Universiteit Delft heeft een lange staat van dienst als het gaat om samenwerking met Chinese universiteiten. 'Onderzoekers van de TU Delft werken al sinds de jaren negentig samen met verschillende Chinese universiteiten, waaronder de Tsinghua-universiteit. Het succes is vaak afhankelijk van bestaande banden tussen individuele onderzoekers. Het opbouwen van een netwerk kost veel tijd en energie. Onze aanwezigheid is diffuus en onze impact groeit minder snel dan de toename van Chinese partners. China investeert nu al meer in onderzoek en ontwikkeling dan Japan en de EU, en zal in 2020 zelfs de VS voorbijstreven.' Vandaag de dag lijkt het nog belangrijker om in China vertegenwoordigd te zijn.
Circulaire economie en cryo-elektronmicroscopie
Professor Fastenau stelde een gezamenlijke verkenning voor van de mogelijkheden om de samenwerking met Tsinghua-universiteit versterken, aangezien de schaal van deze universiteit (afgemeten aan academische output) vergelijkbaar is met de alliantie Leiden-Delft-Erasmus. Dat was het onderwerp van een van de workshops die tijdens het seminar werden gehouden. Daar werd onderzocht welke bestaande instrumenten kunnen worden ingezet om de samenwerking te ontwikkelen (zoals summer schools, gezamenlijke leiding over onderzoek, uitwisseling van studenten en medewerkers) op basis van thema’s en initiatieven die binnen de Tsinghua-universiteit actueel zijn en de mogelijkheid bieden om verder te worden ontwikkeld op basis van input van verschillende afdelingen van Leiden-Delft-Erasmus. Mogelijke thema’s vanuit Leiden-Delft-Erasmus zijn de circulaire economie en cryo-elektronmicroscopie. In de andere workshop werden criteria onderzocht voor veelbelovende thema’s voor samenwerking en profilering in China. Leiden-Delft-Erasmus heeft een goede reputatie op het gebied van multidisciplinaire thema’s als ruimtevaartrecht en stedelijke ontwikkeling.
Eerste stap voor samenwerking Leiden-Delft-Erasmus en China
Is het doel van het symposium – het opzetten van een Leiden-Delft-Erasmus-platform ter verkenning van mogelijkheden voor gezamenlijke projecten met Chinese partners – deze dag bereikt? Professor Geert de Snoo, voorzitter van de regiogroep China van de Universiteit Leiden: 'Ik heb veel oprechte interesse en enthousiasme gezien voor een verdere verkenning van de mogelijkheden voor een samenwerking tussen Leiden-Delft-Erasmus en China. Volgens veel deelnemers is het verstandig om samen te werken, maar moeten we klein en vanaf de basis beginnen. Daarnaast werden gezamenlijke topdelegaties naar China en een gezamenlijke ontvangst van Chinese delegaties als haalbaar beschouwd. Dit symposium is nog maar de eerste stap in een langlopend proces. Er is zeker voldoende impuls voor een vervolgbijeenkomst, met meer focus op veelbelovende thema’s en projecten. Volgens mij zou dat een aantal concrete stappen moeten opleveren richting een samenwerking tussen Leiden-Delft-Erasmus en China.'
Neem voor meer informatie contact op met dr. Ingrid d’ Hooghe, coördinator China bij de Universiteit Leiden, i.m.a.d.hooghe@BB.leidenuniv.nl